Startmanifest

Stichting The Floris als hoeder van ons rechtsstatelijke belastingdomein

Onze samenleving bestaat bij de gratie van belastingheffing. Nu die samenleving onder druk staat, door globalisering en toenemende ongelijkheid en internationale complexiteit, kan het debat over een just taxation niet worden overgelaten aan de politiek en de media. 

Er ontbreekt een medium, dat niet wordt geleid door journalisten of politici die er belang bij hebben om tegenstellingen uit te vergroten en zodoende enorme misverstanden creëren bij het grote publiek.

Er mist een medium, dat wordt gevoed door deskundige professionals die vanuit hun ervaringen een nuttig debat kunnen voeren over de wenselijke normen in het fiscale domein. 

Er mist bovendien een medium, waar deskundige professionals namens belastingplichtigen een scherp debat kunnen voeren over de fiscaliteit op een wijze die toegankelijk is voor het grote publiek. Om op een duurzame wijze invulling te geven aan het belastingdomein in deze tijd, zal een nieuwe dialoog gevoerd moeten worden met representanten van de belastingplichtigen. De legitimiteit van de wetgever en -uitvoerder in fiscale kwesties verlangt een inhoudelijke interactie op basis van rationele uitwisseling van visies en belangen, zonder emotionele of louter op macht gebaseerde standpunten[1]. 

De kwaliteit van het debat verhogen

Dit medium is The Floris. The Floris heeft als doel de democratische rechtsorde te bevorderen, door hieraan zelf een wezenlijke bijdrage te leveren. The Floris heeft als ambitie de kwaliteit van het debat over fiscaliteit te vergroten, het bewustzijn over de nuances van het debat te verhogen en zodoende een (deliberatieve) democratische factor te zijn. 

The Floris is een stichting met een zuiver maatschappelijke doelstelling en verenigt in haar ambities essentiële democratische krachten zoals waakzaamheid, de moed om zaken te benoemen, onderbouwde verbeteringen te formuleren en de openheid tot debat. The Floris bestrijdt ongenuanceerde standpunten die respect ontberen en onderstreept op haar beurt rechtsstatelijke en magistratelijke normen en waarden

De scribenten van The Floris worden gescreend op hun onafhankelijke pen en zijn hoeders van de rechtsstaat. Een samenleving in transitie brengt veranderingen mee die interdependent zijn; de ene ontwikkeling heeft de andere tot gevolg. Bij het aanpassen van wet- en regelgeving aan die veranderingen is een kwaliteitskader essentieel om een beschaafde natie te zijn. The Floris waakt voor dit kwaliteitskader, benoemt misstanden en geeft randvoorwaarden voor aanpassing. The Floris ambieert, kortweg, om een instituut te zijn in een goed florerende democratie. 

Veranderende samenleving

Als gevolg van de globalisering is het voor staten noodzakelijk geworden om hun wetgevende macht te gebruiken om op fiscaal terrein te concurreren met andere staten, wat neigt naar positieve discriminatie van buitenlandse of ‘nieuwe’ belastingplichtigen. Als gevolg hiervan voelen onderdanen zich als een te loyale klant van een nutsbedrijf; alleen de nieuwe klanten krijgen de kortingen en aandacht, de bestaande worden in het beste geval genegeerd maar niet zelden afgesnauwd. Het loont om te emigreren of activiteiten te internationaliseren en dat is wat veel succesvolle onderdanen doen. De globalisering wordt hierdoor versterkt. 

Dat leidt uiteraard tot onrust bij de ‘blijvende’ onderdanen die voor ‘de begroting’ opdraaien van het land. Indien diezelfde overheid niet efficiënt omgaat met de haar toevertrouwde middelen of deze zelfs verkwanselt aan onverantwoorde projecten en tweeslachtig beleid ten aanzien van de essentiële voorzieningen in de samenleving – denk aan banken, pensioenen, gezondheidszorg – , leidt dat tot een groot gevoel van onbehagen. In die sfeer van onbehagen is elke emigrant een ‘free rider’, elk bedrijf dat aan fiscale optimalisatie doet ‘niet maatschappelijk verantwoord’ en iedereen die gebruik maakt van een trust, no matter the purpose, een tax dodger. De nuance is volkomen zoek en iedereen begint te raaskallen. 

De overheid, op haar beurt, die zich moet verantwoorden bij haar onderdanen voor haar ‘competitief gedrag’, paait het publiek door die ‘tax dodgers’ en ‘free riders’ wel eens even flink aan te pakken.  In de ambtelijke ivoren toren en de Tweede Kamer is men het gloeiend met elkaar eens:  er is al snel sprake van een ‘kwalijke moraliteit, waarin verantwoordelijkheid geen enkele rol speelt !‘ En uiteindelijk pakken we dan dus de ‘belastingfraudeurs’ gewoon aan. En zo gebeurt het, dat iedereen die prima vista kritisch of gewoon opportunistisch is en zijn eigen weg gaat, nu al snel een ‘’belastingfraudeur” is, waarbij het principiële onderscheid tussen belastingontduiking en belastingvermijding wordt gebagatellisseerd. Het eigen onvermogen en daaruit voortvloeiend normatief handelen wordt daarbij overschreeuwd, wat een bekende polariserende techniek is in conflicthantering. 

The Floris brengt deze debatten terug tot de essentie van de problematiek, los van de identiteit van de spelers. 

Rechtsstatelijk en magistratelijk

In een rechtsstaat worden burgers beschermd tegen onredelijke wetgeving, waarvan voor lief wordt genomen dat het belastingplichtigen op onredelijke wijze treft. Onder het mom van ‘robuuste’ wetgeving wordt dit echter snel gemeengoed. 

De overheid wenst ‘fiscale grensverkenning’ door belastingplichtigen tegen te gaan, en beijvert zich tegelijk zelf op dit terrein door onredelijke standpunten in te nemen en de rechtspraak daarmee te belasten, een omgekeerd ‘fraus legis’. Het past echter een overheid in een rechtsstaat niet om met twee maten te meten, en de norm die zij op haar belastingplichtigen toepast met onverholen gemak zelf te overtreden. 

Het dwingt belastingplichtigen om steeds meer te investeren in fiscale begeleiding bij hantering van de regelgeving en procedures. Zij die de middelen niet hebben voor deze interventies zijn al snel verstrikt, nu de overheid de toegang tot rechtshulp voor deze groep mensen aanzienlijk beperkt. De rechtsbescherming van belastingplichtigen bij nieuw geïntroduceerde bevoegdheden, zoals de automatische uitwisseling van inlichtingen, heeft veel te weinig aandacht gekregen vanwege de notie dat het doel alle middelen heiligt. Ook betuigt de individuele belastinginspecteur zich in de praktijk niet als een voorstander van alternatieve geschillenbeslechting, maar houdt liever vast aan zijn machtsbalans. Die combinatie van factoren maakt dat belastingplichtigen in het gedrang komen. 

Van de overheid wordt een magistratelijke houding verwacht, een op materiële waarheidsvinding gerichte, niet vooringenomen houding waarin, met inachtneming van het recht en de beginselen van algemene beginselen van behoorlijk bestuur en met inachtneming van het algemene belang én individuele belangen, op doelmatige wijze beslissingen worden genomen.

In een dergelijke entourage is het voor belastingplichtigen een voor de hand liggende reflex om zich te verschuilen voor deze overheid. Daarbij komt dat de fiscale concurrentie tussen staten ertoe leidt dat men elders met open armen wordt ontvangen. Naar de causale verbanden op dit punt is weinig informatie beschikbaar. Het is echter wel bekend dat Londen de zesde stad van Frankrijk werd sinds de socialistische regering aldaar enige jaren geleden de belastingheffing voor vermogende particulieren fors aanscherpte. Als we de demonstraties van de gele hesjes in onze herinnering terugroepen, zien we het maatschappelijk gevolg daarvan ook nog scherp. 

Conflict vs. consensus

Om fiscale wetgeving te sanctioneren heeft de overheid een zeer ruim repertoire aan bevoegdheden. Zij kan die bevoegdheden niet gebruiken voor doeleinden waarvoor zij haar niet zijn gegeven. Zij kan geen willekeur toepassen en dient haar bevoegdheden proportioneel en met fair play toe te passen. Steeds vaker moeten belastingplichtigen zich beroepen op juist deze algemene beginselen van behoorlijk bestuur of zelfs mensenrechten zoals vastgelegd in het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens om litigieus gedrag van de overheid aan de kaak te stellen. Overtreding van deze normen wordt in de praktijk vaak niet met echte sancties bestraft, aangezien ons juridisch systeem hier geen oplossingen voor biedt. De consequentie daarvan is echter dat alle respect uit de relatie vloeit en zo is inmiddels een andere toon in het discours ontstaan die een spiraalvormige weg naar beneden kent… dit kenmerkt een conflictueus model.  

En zo zijn we wel heel ver weggeraakt van een situatie van een just society, waar het ideaal van reciprociteit maakt dat burgers graag hun belastingen betalen en trots zijn op hun bijdrage en diezelfde burgers met respect en ja, heus met eerbied worden bejegend. In bepaalde Scandinavische landen wordt gepubliceerd hoeveel burgers aan belasting betalen[2]; dat leidt tot een bepaalde vorm van trots indien men de buurman overtroeft. Het is geen toeval dat deze cultuur alleen voorkomt in Noorwegen, waar veiligheid en rechtsstatelijkheid, waaronder de afwezigheid van corruptie, de norm is. Dit ideale model is een consensus model, gebaseerd op vertrouwen en argumenten.

Een Florissante toekomst

Globalisering, een duurzame planeet, toenemende ongelijkheid en digitalisering: allerlei terreinen waar veel investeringen noodzakelijk zijn en waarvoor belastingheffing essentieel is. Teneinde in dit krachtenveld een financieel duurzame samenleving te creëren, is respect en een deliberatieve besluitvorming essentieel. 

Voor een democratie met florissante vooruitzichten dient zowel wetgeving, uitvoering als rechtsbescherming te voldoen aan normatieve randvoorwaarden van rechtsstatelijkheid en magistratelijkheid, belichaamd in The Floris. 


[1]J. Habermas, Between Facts and norms, contributions to a discourse theory of law and democracy, 1997; Pierre Rosanvallon, Counter-Democracy, Politics in an age of distrust, 2008 en Pierre Rosanvallon, Democratic Legitimacy, 2011.

[2]Waarbij overigens wel door de belastingplichtige kan worden gezien wie, via een proces van registratie, zijn of haar gegevens heeft bekeken.