In dit prikkelende artikel legt belastingadviseur Rutger Hafkenscheid zichzelf en zijn vakgenoten nadrukkelijk op het maatschappelijke rooster. Hij betoogt dat bepaalde vormen van belastingadvisering maatschappelijke schade aanrichten. Niet doordat ze de schatkist zouden benadelen, maar doordat ze tot tweedeling in de samenleving leiden. Het is een tweedeling tussen “de sukkels” die “gewoon” belasting moeten betalen en de meervermogenden die al boxhoppend en bijtelling omzeilend zich “winnaar” wanen en een lange neus trekken naar de achterblijvers. Dat dat winnaarschap de facto een illusie is en dat de “slimme” belastingadviezen doorgerekend misschien helemaal niet zo slim zijn, doet hier niets aan af: perceptie is waarheid. En die waarheid holt onze belastingmoraal en dus ook ons gevoel van rechtvaardigheid gevaarlijk uit.
Wie rijdt een Porsche nou alleen zakelijk?
Als fiscalist word je geacht een paar fiscale trucjes in je arsenaal te hebben waar je op feesten en partijen de gasten op kunt trakteren. Een truc waarmee zij de Belastingdienst te slim af kunnen zijn. Het liefst gaan die trucs over de heilige koe. Bijvoorbeeld over hoe je de zo gehate bijtelling van de auto-van-de-zaak kunt omzeilen. Eerlijk gezegd ben ik zelf nooit zo handig geweest met dat soort gimmicks. Totdat ik een paar jaar geleden een collega op een feestje met droge ogen een heel doeltreffend advies aan een van de medegasten hoorde geven. Wat was het geval? Die medegast had zojuist “op zijn BV” een Porsche besteld, waar hij hoog over stond op te geven. Toen hij hoorde dat mijn collega belastingadviseur was, kwam de geijkte vraag “heb jij nog een truc om de bijtelling van die Porsche te vermijden?” Ik verwachtte dat mijn collega zou beginnen over het voorkomen van privégebruik, het bijhouden van een nauwkeurige rittenadministratie, het nauwkeurig afbakenen van wat als privé en wat als zakelijk gereden kilometers moet worden beschouwd. Dat was namelijk wat ik tot die tijd altijd deed, overigens tot grote teleurstelling van mijn toehoorders. Niet dat hetgeen ik zei niet klopte. Maar dat was niet wat men wilde horen. Want laten we eerlijk wezen: wie rijdt een Porsche nou alleen zakelijk? Daar wil je toch ritjes met je vrienden mee maken, om hen de ogen mee uit steken? En, als je een Porsche rijdt, ga je toch niet heel zielig een rittenadministratie bijhouden?
Lumineus advies
Wat schetste dan ook mijn verbazing dat mijn collega antwoordde: “Oh man, dat is heel simpel, dat doe je gewoon zo”. En gaf het volgende advies. “Wat je moet doen is je salaris in de BV verhogen en vervolgens een eigen bijdrage voor privégebruik van de auto gaan rekenen. Die salarisverhoging is aftrekbaar voor de BV en de privébijdrage is aftrekbaar van de bijtelling. Dus als de salarisverhoging precies gelijk is aan de bijtelling, heb je de hele bijtelling weggepoetst met een dubbele aftrek.” Het resultaat van dit lumineuze advies was twee verblufte toehoorders. De medegast was verbluft over zoveel vernuft van zijn nieuwe adviseur. Hoe geweldig moest het wel niet zijn om belastingadviseur te zijn? Waarom was hij zelf, toch ook niet dom (hoe kom je anders aan een Porsche), eigenlijk geen fiscalist geworden? Heerlijk om die stompzinnige droogstoppels van belastingambtenaren telkens weer het nakijken te kunnen geven. Hij zou zijn boekhouder gelijk aan het werk zetten om dit briljante advies uit te voeren.
Verbluft
Even later hoorde ik de Porsche-bezitter opscheppen tegen een andere gast hoe hij – met hulp van mijn briljante collega – de fiscus liet meebetalen aan de zojuist door hem aangeschafte sportauto. Ik zei daarnet dat er twéé verblufte toehoorders waren. Die andere toehoorder was ik. Zelden had ik iemand zo dankbaar gezien voor een hele dure sigaar uit eigen doos. Want het advies van mijn collega was natuurlijk niet meer dan dat. Eigenlijk is het helemaal geen belastingadvies. Tenminste niet als je “belastingadvies” definieert als advies dat helpt de belastingdruk “binnen wet en regelgeving” (dat wel natuurlijk!) te minimaliseren. Want er is geen euro belasting bespaard. Het enige dat gebeurd is, is dat je de belasting die drukt op het privégebruik van de auto niet meer voelt. En dat was de tweede reden waarom ik zo verbluft was over het advies van mijn collega. In zekere zin was het inderdaad een briljant advies. Het had de Porsche-bezitter geholpen de pijn van de bijtelling weg te nemen en daarbij het geweldige gevoel gegeven de Belastingdienst een oor aan te naaien. Het gevoel dat hij, slimme jongen, zich een Porsche kon veroorloven en daar de fiscus aan kon laten meebetalen. En dat is kennelijk een fijn gevoel. Met dat gevoel plaats je je boven de massa. Boven die “all-day-suckers”[1], die zich ten eerste geen Porsche kunnen veroorloven en ten tweede ook nog eens zulke sufferds zijn dat ze gewoon belasting betalen over hun sullige leasebak. Dat jij je in kringen beweegt waar je met enige handigheid en vernuft de Belastingdienst het nakijken geeft. Kortom, dat jij het gemaakt hebt, on top of the world staat.
Follow the Money
Aan dit bijtellingsadvies – en vooral de uitwerking ervan op de Porsche-rijder- moest ik terugdenken toen recent het journalistenplatform Follow The Money een “onthulling” deed over hoe de rijken van Nederland met “boxhoppen” de Belastingdienst te slim af zijn. Hoe zij, door steeds geld in een BV te stoppen en het er weer op tijd uit te halen, belasting besparen. Dat het juist weer die rijken zijn die in staat zijn de laatste restjes belastingdruk van hun toch al hoge vermogens af te schrapen. Even zo voorspelbaar als de regelmaat waarmee dit soort “onthullingen” in de media worden gedaan, zijn de reacties van belastingexperts. Steevast staat er een groepje van die experts klaar dat gaat uitleggen dat hetgeen zojuist onthuld is niet klopt. Dat Follow The Money het niet begrepen heeft. Dat ze alleen uit zijn op “scoops”, maar dat de onderliggende feiten onjuist zijn. Dat ze wéér proberen, zonder enige grond, belastingadviseurs in een kwaad daglicht te stellen. Het is verbazingwekkend hoe onze beroepsgroep zichzelf telkens als zij ter verantwoording wordt geroepen als een stel brave sukkels weet neer te zetten. Tax planning voordelig? Nee joh! Helemaal niet! Dan begrijp je het niet. Zo ook hier. Aan de hand van berekeningen wordt duidelijk gemaakt dat er helemaal geen voordelen zitten aan boxhoppen. Dat je evenzogoed met een hogere belastingdruk kan komen te zitten als met een belastingbesparing, omdat dat afhangt van hoeveel rendement je op je vermogen maakt. Kortom, dat Follow The Money weer eens niet goed is geïnformeerd en alleen onrust stookt.
Het is verbazingwekkend hoe onze beroepsgroep zichzelf telkens als zij ter verantwoording wordt geroepen als een stel brave sukkels weet neer te zetten.
Waarom doen mensen het dan?
Eerlijk gezegd, toonde ik mijzelf ook zo’n expert toen mijn 91-jarige moeder het bericht over de onthulling van FTM in haar lijfblad Trouw bleek te hebben gelezen. Mijn moeder heeft mij gewetensvol en maatschappelijk bewust opgevoed en heeft de keuze van mijn beroep daarom altijd met enige (zij het liefdevolle) argwaan bekeken. En als er dan iets in de pers verschijnt over ongerechtvaardigde tax planning mij daarover ter verantwoording geroepen. Dus ook hier. Zij ging er toch van uit dat haar Benjamin zich niet inliet met dit soort vulgaire zaken. En omdat je – ook op mijn leeftijd – altijd een kind van je ouders blijft, begon ik mij te verantwoorden door omstandig uit te leggen dat het – als je het allemaal doorrekent – helemaal niet zo interessant is te boxhoppen. Maar, scherp als mijn moeder nog altijd is, liet zij zich door mijn uitleg niet van de wijs brengen en stelde mij de evenzo voor de hand liggende als belangrijke vraag “en als het dan allemaal niet zo interessant is, waarom doen die mensen dat dan?”. Daar had ik niet van terug. Althans niet op dat moment.
Niet de feiten maar het gevoel
In de weken erna ben ik over die vraag gaan nadenken. En ik kwam toen weer uit bij het briljante bijtellingsadvies van mijn collega. Bij dat advies zagen we dat de Porsche-bezitter helemaal geen belasting bespaarde. Maar daar ging het in wezen niet om. Wat het advies hem wel bracht is het gevoel zich, door uitvoering ervan, boven de massa te verheffen. De rest van de wereld te slim af te zijn. Het gevoel dat jij tot de selecte groep van winnaars behoort voor wie de wet niet geldt. En dat heerlijke verhaal moet je vooral niet laten verkrachten door de feiten. Die feiten zouden namelijk tot grote teleurstelling kunnen leiden. Terwijl het niet om die feiten gaat, maar om het gevoel. Hetzelfde als voor de Porsche-bezitter gold, geldt mogelijk ook voor de boxhoppers van deze wereld. Uit eigen ervaring weet ik dat die boxhopadviezen zelden nauwkeurig worden doorgerekend en áls doorrekening al gebeurt, zijn de berekeningen veelal gebaseerd op brakke veronderstellingen en onrealistische scenario’s, die steevast een aardig voordeel laten zien. Maar liever dan op berekeningen, verlaten wij belastingadviseurs ons op redeneringen in de trant van mijn collega in het bijtellingsadvies aan de Porsche-bezitter, die haar advies bondig samenvatte met “als je het zo doet, heb je twee keer aftrek: in de BV en in de IB”. Klopt als een zwerende vinger, zij het dat ik daarmee geen euro belasting heb bespaard.
De ophef is misschien geen onzin
De vraag die dan ook opkomt is of dergelijke “belastingadvisering” maatschappelijk schadelijk is. Vanuit het onmiddellijke gezichtspunt van de schatkist eigenlijk niet. Zowel het bijtellingsadvies als het boxhopadvies is financiële lariekoek en kost de fiscus over het geheel genomen geen geld. In zoverre zou je zeggen: waar maakt progressief Nederland zich druk over? Dat is dan ook altijd het argument van de tegenstanders van Follow The Money en hun “suggestieve” berichtgeving. De feiten kloppen niet! Conclusie: de ophef is onzin en wordt slechts ingegeven door afgunst. Dat laatste klopt, maar is precies het argument waarom dat soort boxhopadvies wel degelijk maatschappelijk schadelijk is. De maatschappelijke schade wordt niet veroorzaakt door “de feiten” maar door het verhaal erachter. Waar onze Porsche-bezitter gelukkig van werd is het gevoel zich boven de massa te verheffen. Het gevoel dat de wet niet voor hem geldt, althans dat hij in staat is door manipulatie de wet naar zijn hand te zetten. En in zekere zin klopt dat. Immers, hoewel de man een sigaar uit eigen doos rookte, hij róókt er wel één. Waarvan hij zichzelf kan wijsmaken die uit de doos van de fiscus te hebben gehaald. Omdat hij zo vreselijk handig en succesvol is. Want een werknemer met een leasebak is niet in staat zich de illusie te veroorloven dat hij geen bijtelling heeft. Nu zult u zeggen: wat maakt het uit dat iemand zichzelf voor de gek houdt? Zolang het de schatkist geen geld kost, gaat hij zijn gang maar! Bovendien: iederéén ziet hier toch dat de keizer geen kleren aan heeft? Eigenlijk staat die man voor gek, met zijn zogenaamd door de staat betaalde Porsche.
Pijnverzachting is een voorrecht
Ik meen om meerdere redenen dat dit wel wat uitmaakt. De eerste reden is dat het wel degelijk een voorrecht is je van pijnverzachtende middelen te kunnen bedienen. Nobelprijswinnaar Daniel Kahneman legt in een geweldige TED-talk2 uit dat pijn op twee manieren wordt ervaren, namelijk door de “experiencing self”, ofwel de daadwerkelijk pijnervaring van het moment, en door de “remembering self”, ofwel de herinnering eraan. Die laatste ervaring gaat over “het verhaal” en blijkt veel belangrijker te zijn dan de eerste. Onze Porsche-rijder heeft met zijn verhaal een veel aangenamere pijnervaring dan de leasebaksukkel. In zoverre zijn ook illusoire belastingadviezen (en mijn ervaring is: dat zijn er vele!) een voorrecht voor degenen die ze zich kunnen veroorloven. Het verhaal dat je handiger bent dan de rest helpt de “remembering self” een goed gevoel te geven. En dat is nu net wat de leasebaksukkel niet kan.
De (advies)kracht van illusie
De tweede reden is dat nu juist níet iedereen ziet dat het bijtelllings- of boxhopadvies onzinnig is. Dat komt niet omdat de mensen die het niet zien dom zijn, maar wel omdat wij, opnieuw volgens Kahneman, als mens een voorkeur hebben voor wat hij noemt “Systeem-1-denken”.[3] Stel dat u de volgende vraag voorgelegd krijgt. Een tennisracket en een bus met vijf tennisballen kosten samen €110. Het racket kost €100 meer dan de bus met tennisballen. Hoeveel kost de bus? Bent u net als vele andere mensen dan is uw Systeem-1-antwoord: €10. Antwoordt u op basis van Systeem 2, dan weet u dat het correcte antwoord €5 is. Zie maar: €105 (tennisracket T) plus €5 (bus B) = €110 en €105 (T) minus €5 (B) = €100. Het bijtellingsadvies leunt op Systeem-1-denken. De samenvatting van mijn collega “tweemaal aftrek” doet het werk. Tweemaal aftrek is altijd beter dan één keer belast, of niet dan? De meeste boxhopadviezen volgen ook het Systeem-1-denkpatroon. Dat is precies de reden waarom die adviezen zelden worden doorgerekend. Zet je Systeem 2 aan door te gaan rekenen, dan blijkt de Systeem-1-conclusie als sneeuw voor de zon te verdwijnen. Dus, wil je als adviseur geld verdienen, dan zorg je dat Systeem 1 van de cliënt wordt ingeschakeld, vooral niet Systeem 2, want dan valt het advies in het water. Pas als FTM gaat zitten zeuren dat de rijken weer een trucje hebben bedacht om zichzelf verder te verrijken, zetten de fiscalisten hun Systeem-2-denken aan en gaan ze zitten rekenen. Om tot de conclusie te komen dat hun adviezen eigenlijk een illusie inhouden. Niet omdat ze dát willen bewijzen, maar wel om te bewijzen dat FTM er weer naast zit.
De maatschappelijke schade door perceptie
En juist in de Systeem-1-conclusie van die boxhopadviezen schuilt naar mijn mening het maatschappelijk schadelijke. Juist omdát de meeste mensen op basis van Systeem 1 naar dit fenomeen kijken, dus ook de mensen voor wie boxhopadviezen niet gelden, ontstaat het gevoel van tweedeling. Een tweedeling tussen de sukkels, die gewoon belasting moeten betalen over hun spaarcentjes die worden aangehouden om als de auto kapotgaat een nieuwe te kunnen kopen en die succesnummers met enorme vermogens die een sportauto kunnen kopen alsof het een pak suiker is. En ook nog eens geen belasting betalen. Het is die gepercipieerde tweedeling die schadelijk is. Daarbij spelen feiten minder een rol dan het verhaal. Zoals Kahneman laat zien zijn mensen verhalenvertellers. Zoals de Porsche-rijder zichzelf het verhaal van de “smartest guy in the room” vertelt, vertellen de rijken zichzelf het verhaal dat zij – met dure adviseurs – in staat zijn de wet niet voor hén te laten gelden.
De meritocratische moraal ondermijnt
Michael Sandel heeft in zijn boek “De tirannie van verdienste”[4] uiteengezet dat ongelijkheid in een samenleving niet enkel een cijfermatige kwestie is (wat is de zogenoemde Gini-coëfficiënt?), maar vooral ook een sociaalpsychologische kwestie van het neerkijken van de winnaars op de verliezers. Het cijfermatige bewijs is Systeem 2: aan de hand van statistiek bewijs laat bijvoorbeeld Richard Wilkinson[5]zien dat een samenleving met een slechte Gini-coëfficiënt op alle punten slecht scoort, zoals levensverwachting (voor zowel rijk als arm!), kindersterfte, geweldsincidenten, misdaad, sociale doorstroming, etc. Sandel laat zien dat niet alleen Systeem-2-redeneringen onderbouwen dat al te grote ongelijkheid onwenselijk is, maar dat de schadelijkheid ook (en vooral) zit in het gevoel van de achterblijvers een sukkel te zijn die ook nog eens zelf verantwoordelijk is voor het gebrek aan succes. De succesnummers voeden dat verhaal door zich op de borst roffelen over hun eigen snuggerheid, hun merit. In een meritocratische samenleving is immers iedereen verantwoordelijk voor zijn eigen succes. “Succes is een keuze” is de Systeem-1-leuze. Dus als je gewoon wat slimmer had gehandeld en harder je best had gedaan, had jij nu ook een Porsche kunnen rijden. Ook nog één die door de staat wordt meebetaald. Want mijn snuggerheid, harde werken en handigheid zijn namelijk de oorzaak van mijn succes. Dat verhaal wordt bevestigd door mijn handigheid in het vermijden van de bijtelling. Hetzelfde geldt voor de boxhoppende elite. Het doet er niet toe dat de keizer geen kleren aan heeft. Zolang niemand het sprookje verstoort is het heerlijk je met de illusie ervan boven de maatschappij te kunnen plaatsen. Kortom, de boxhopadviezen stellen de elite in staat neer te kijken op de massa die is achtergebleven en die zich niet van dergelijke illusies kan bedienen. Het is die – door verhalen en eigenwaan gevoede – fundamentele ondermijning van een gezonde samenleving die schadelijk is.
de boxhopadviezen stellen de elite in staat neer te kijken op de massa die is achtergebleven en die zich niet van dergelijke illusies kan bedienen
Uitgeholde belastingmoraal
Dat ondermijnende effect heeft nog een ander potentieel gevolg. Het sprookje van de kleren van de keizer veroorzaakt bij de achterblijvers, die zich niet zulke geweldige kleren kunnen veroorloven (ook al zijn die kleren een illusie), het gevoel geen aansluiting meer te hebben bij de maatschappij. Waarom zou ik mij aan de regels houden als “de elite” dat niet hoeft? En zo kan boxhoppen misschien geen directe negatieve gevolgen voor de schatkist hebben, dat gevoel niet meer mee te hoeven doen zal dat op termijn zeker indirect hebben in de vorm van een uitgeholde belastingmoraal.
Kortom, misschien zit Follow The Money ernaast als ze, net als mijn moeder aan de hand van de vraag “waarom doen die mensen dat dan?”, twijfelen aan de Systeem-2-werkelijkheid dat boxhoppen een illusie is, maar dat ze aandacht vragen voor het fenomeen is meer dan terecht. Een beetje pijnlijk, ook voor mezelf. Maar wel nodig.
[1] Stevie Wonder, Songs in The Key of Life, 1976, Tamla Records. Dit is mogelijk het allerbeste album ooit gemaakt in de popgeschiedenis.
[2] https://www.ted.com/talks/daniel_kahneman_the_riddle_of_experience_vs_memory?language=nl
[3] Daniel Kahneman, Thinking, Fast and Slow, Penguin.
[4] Michael Sandel, “De tirannie van verdienste: over de toekomst van de democratie”, Ten Have, 2020.
[5] Zie voor een snelle kennismaking diens TED talk “How economic inequality harms societies”. Zie voor de (indrukwekkende) literatuurlijst van zijn jarenlange onderzoek de Wikipedia-pagina van Richard Wilkinson.
Wat een goed verhaal, Rutger!