
Een helder idee, een lastige praktijk
Het lijkt een goed idee: laat elke stichting en vereniging gewoon vennootschapsbelasting (VPB) betalen, net als een bedrijf. Zeker als ze flink wat geld binnenkrijgen, bijvoorbeeld uit vastgoed. Dit idee van een algemene belastingplicht voor iedereen duikt vaak op. Het klinkt simpel: weg met de ingewikkelde regels van nu. En het klinkt eerlijk: iedereen gelijk voor de wet. Maar als je beter kijkt, zie je dat dit plan in Nederland op veel problemen stuit. De politiek loopt niet warm, clubs en goede doelen maken zich zorgen, en bij de Belastingdienst vrezen ze voor chaos.
Waarom het idee zo aantrekkelijk lijkt
De regels van nu zijn ook ingewikkeld. Een stichting betaalt alleen VPB als ze een ‘onderneming’ heeft. Maar wanneer is dat zo? Daar is veel discussie over. Ook zijn er drempels en uitzonderingen. Dit zorgt voor onduidelijkheid en soms voor rare verschillen. Waarom de ene stichting wel belasting betaalt en de andere niet? Het is logisch dat mensen denken: schaf die ingewikkelde regels af en laat iedereen meebetalen. Dat lijkt duidelijker en eerlijker.
Maar de werkelijkheid is weerbarstig
Toch is de kans klein dat dit plan snel doorgaat. Er zijn namelijk drie grote hindernissen:
De politiek heeft andere prioriteiten
In Den Haag staat een algemene VPB-plicht voor stichtingen niet hoog op de agenda. Er is geen plan of onderzoek aangekondigd. De regering heeft de regels pas kortgeleden (in 2023) nog aangepast en duidelijker gemaakt. Dat laat zien dat ze liever het huidige systeem bijschaven dan het helemaal omgooien. Politieke partijen roepen er ook niet hard om. Ze praten liever over andere belastingzaken, zoals de vraag of bedrijven hun giften aan goede doelen nog mogen aftrekken. Bovendien weet de politiek dat dit onderwerp gevoelig ligt. Geen enkele partij wil de schuld krijgen als duizenden kleine clubs en buurtinitiatieven plotseling in de problemen komen door nieuwe belastingregels.
Clubs en goede doelen maken zich zorgen
Het maatschappelijk veld – denk aan sportclubs, goede doelen, culturele stichtingen – zit niet te wachten op een algemene VPB-plicht. Hun grootste zorg nu is misschien de giftenaftrek, want dat raakt hun inkomsten. Maar een VPB-plicht zou een extra klap zijn. Ze vrezen vooral voor meer administratieve rompslomp. Zeker kleine stichtingen hebben vaak geen geld voor een dure boekhouder. Daarnaast betekent belasting betalen dat er minder geld overblijft voor het echte werk: sporten, cultuur of hulp aan anderen. En wie moet al dat extra werk doen? Vaak zijn dat vrijwilligers. Als zij ook nog eens ingewikkelde belastingaangiftes moeten doen, wordt het steeds lastiger om mensen te vinden die zich willen inzetten.
De Belastingdienst ziet vooral meer werk
En de Belastingdienst? Wordt het voor hen makkelijker zonder die lastige ‘ondernemingstoets’? Experts denken van niet. De problemen verdwijnen niet, ze worden alleen anders. In plaats van een paar lastige gevallen, krijgt de Belastingdienst straks honderdduizenden extra aangiftes, ook van hele kleintjes. En dan begint de discussie opnieuw: wat is precies de ‘winst’ van een club die subsidie krijgt? Hoeveel is het clubhuis waard? De kans is groot dat er dan weer allerlei nieuwe uitzonderingen en drempels moeten komen om te voorkomen dat het oneerlijk wordt. En dan is de eenvoud weer ver te zoeken.
Een moeilijke keuze zonder simpele oplossing
De belasting voor stichtingen blijft een lastige keuze. Het idee van één simpele regel voor iedereen is mooi, maar de praktijk is ingewikkeld. Het lijkt erop dat de huidige, misschien wat rommelige, regels het gevolg zijn van die moeilijke keuze. Een grote verandering in één keer lijkt meer problemen te veroorzaken dan op te lossen.
De beste weg is waarschijnlijk om het huidige systeem stap voor stap te verbeteren. Bijvoorbeeld door de drempels te verhogen, zodat kleine clubs zeker weten dat ze niets hoeven te betalen. En door de regels nog duidelijker te maken en goede hulp te bieden. Dat is misschien minder spannend, maar het past beter bij de belangrijke en diverse rol die stichtingen en verenigingen spelen in ons land.
Bronvermelding:
- Hoek, C.J. van (2025, 22 april). Tijd voor een onbeperkte vennootschapsbelastingplicht voor stichtingen en verenigingen. Weekblad Fiscaal Recht (WFR).
- Diverse beleidsdocumenten en Kamerstukken Ministerie van Financiën (2023-2025).
- Standpunten en publicaties koepelorganisaties (o.a. Goede Doelen Nederland, FIN, NOC*NSF).
- Besluit belastingplicht stichtingen en verenigingen (nr. 2023-11888).